Ruim zes jaar was Jeroen Zoet de eerste doelman van PSV maar inmiddels is de Veendammer gepasseerd door Lars Unnerstall.
Zijn eerste reservebeurt tegen Willem II ligt inmiddels enkele weken achter ons en het is stil rond de tweede doelman van PSV. Het tumult rond de zeer slechte communicatie van Mark van Bommel naar de gepasseerde doelman ligt inmiddels enkele weken achter ons en opvolger Unnerstall houdt zich redelijk tot goed staande.
De reservekeeper zou een winters vertrek kunnen overwegen. Het Eindhovens Dagblad schrijft ook dat een winters vertrek van Jeroen Zoet mogelijk is, ‘maar daarover maakt men zich intern niet zoveel zorgen’, is de opvallende insteek van de krant, die zich zal baseren op bronnen binnen PSV. Het lijkt een opvallende mededeling van het ED, die veel weg heeft van een insteek dat PSV niet huiverig zou zijn voor een winters vertrek van Jeroen Zoet, althans zo is onze interpretatie in deze.
Zoet kreeg een maand geleden te horen dat hij niet meer de eerste keeper van PSV is en behoort nu tot de spelers die na wedstrijden in het Philips Stadion een twintigtal minuten dienen uit te lopen. Het is en blijft een even vreemde als rare gewaarwording om reservespelers na afloop van een wedstrijd van de ene kant van het veld naar de andere kant van het veld te zien rennen. Voor Zoet is het als reservespeler extra pijnlijk geworden, na eerder zes jaar basisspeler te zijn geweest.
Hoe moeten we het standpunt van de club, geïnterpreteerd door het Eindhoven Dagblad, lezen? Is de club niet bezorgd om het vertrek van de doelman omdat zijn rol geringer en minder belangrijk is geworden of is men juist niet bezorgd omdat er vermoedelijk weinig interesse voor PSV’s tweede doelman op gang zou kunnen gaan komen komende weken? Welke club heeft er immers interesse in een falende doelman, is een gerechtvaardigde vraag na zijn zwakke spel van 2019. Jeroen Zoet kende een zeer beroerd kalenderjaar 2019, waar hij privé juist op een roze wolk belandde rond de geboorte van zijn eerste kind.
