In gesprek met Voetbal International blikt Mark van Bommel nog een laatste keer terug op de start van zijn trainerscarrière bij PSV.
Van Bommel bereidde zich na zijn ontslag bij PSV goed voor op zijn volgende klus. Helemaal afstand nemen van het voetbal deed hij niet. “Ik ben naar Basel gevlogen, waar ik vijf uur met Ottmar Hitzfeld heb zitten praten. Ik heb met Jupp Heynckes, zijn assistent Peter Hermann, Willem van Hanegem, Ronald de Boer, Dick Advocaat, Bert natuurlijk en vele anderen gesproken.”
Van Bommel weet inmiddels waar hij zichzelf kan verbeteren. Om die reden had hij bij PSV graag een ervaren assistent gehad om zaken uit handen te kunnen geven als de situatie daarom gevraagd had. “Daarom werk ik ook graag in Duitsland. Omdat ik weet dat alles top is geregeld en ik nergens op hoef te letten. Dat is mijn zwakke punt, dat is de realiteit. Dat wist ik bij PSV ook van tevoren, maar die persoon die ik daarvoor bij me wilde hebben, kreeg ik niet. Dat is geen verwijt, maar een constatering.”
“Dat stukje Hiddink of Beenhakker waar jij het over hebt, daar heb ik nog mensen voor nodig. Maar gaandeweg ga ik dat leren, omdat het te leren ís. En de bevestiging daarvan heb ik gekregen in de gesprekken die ik heb gevoerd”, aldus Van Bommel.
Ondertussen valt de naam van Mo Ihattaren ook geregeld in Wolfsburg. Mark van Bommel is al jaren gecharmeerd van Mohamed Ihattaren en dat steekt de Wolfsburg trainer niet onder stoelen of banken. Daarmee is echter niet gezegd dat er ook een transfer van het toptalent naar Duitsland zal volgen want dat is nu eenmaal van veel factoren afhankelijk. Van Bommel is dan ook voorzichtig met uitspraken over de toekomst van Ihattaren en of hij überhaupt spelers van PSV over zal gaan nemen.
“Dat weet je nooit, alles moet passen”, zegt Van Bommel in een interview met Voetbal International. De Wolfsburg coach geeft wel aan dat hij een zwak heeft voor Ihattaren. “Mo is top. Als vijftienjarige heb ik hem bij de O19 gehaald en later bij het eerste. Mo is een topspeler die heel veel geld kan gaan opleveren. Maar dat ik bij Mino Raiola zit en hij ook, maakt één en één nog geen twee. We zullen zien.”
