Met ervaring en kwaliteit bouwen Peter Bosz en PSV aan nieuwe Champions League-ploeg, die net als de afgelopen seizoenen minimaal de tussenronde zou moeten kunnen behalen.
PSV heeft zich deze zomer versterkt met spelers die weten wat er gevraagd wordt op het hoogste niveau. Met de komst van Alassane Pléa en Matěj Kovář kiest de club bewust voor ervaring, kalmte en Champions League-mentaliteit. Daarnaast heeft natuurlijk Ivan Perišić zijn handtekening eerder al gezet, een belangrijke zet.
Pléa is geen speler die gehaald is voor de bank. De Fransman, die jarenlang in de Bundesliga uitkwam en het spelen in de top van binnenuit kent, moet PSV op belangrijke momenten net dat beetje extra brengen. Niet als solist, maar als onderdeel van Bosz’ geheel. Zijn rol ligt niet alleen in het maken van doelpunten, maar ook in het aanvoelen van tempo, het brengen van rust in de ploeg, en het coachen van de jongens om hem heen.
Dat dit werkt, zagen we eerder dit jaar in de tweeluik tegen Juventus. Toen was het Ivan Perišić die door zijn ervaring en kwaliteit het verschil maakte door op de cruciale momenten de juiste keuzes te maken. Geen spektakel en trucjes, maar vooral rendement en een Champions League-waardige effectiviteit.
Ook onder de lat is gekozen voor een stap omhoog en met 13-voudig Tsjechisch international Matěj Kovář is een betrouwbare goalie binnengehaald. Hij wist in zes Champions League duels met Bayer Leverkusen drie keer de nul te behouden. Nog geen heldenstatus, maar wel een bewezen betrouwbaarheid op het hoogste podium. En die ervaring kan precies zijn wat nodig is als het er in Europa echt om gaat.
Bij de club ligt nu dus een duidelijke ambitie nieuwe ambitie naast de jaarlijkse doelstelling om landskampioen te worden: als serieuze tegenstander meedoen in de Champions League. Met het behouden en aantrekken van spelers als Perišić, Pléa en Kovář wordt die ambitie in elk geval een stukje geloofwaardiger en wordt de basis gelegd voor verder succes.